Met 500 verkochte exemplaren is het Deense FarmDroid naar eigen zeggen de meest populaire agrarische robot wereldwijd. Ook in Nederland draaien de eerste exemplaren inmiddels. Vanaf volgend jaar is de kans groot dat je de eersten ook in Noord-Nederland tegenkomt, in de teelt van suikerbieten en zaaiuien.

Ondanks aanloopproblemen met kapotte printplaten en zaaielementen is Frans Temmerman uit IJzendijke prima te spreken over zijn eerste seizoen met de FarmDroid. ‘In de suikerbieten en cichorei is de onkruidbestrijding voor 95% tot 98% gelukt. Handmatig hebben we de laatste restjes opgeruimd.’ De akkerbouwer schafte afgelopen najaar de machine aan en zaaide dit voorjaar 12 hectare suikerbieten en 9 hectare cichorei. ‘Voor dat laatste gewas krijg ik € 15 per ton duurzaamheidspremie van verwerker Sensus, door geen herbiciden na opkomst meer te gebruiken.’

Het areaal ligt verspreid over meerdere percelen, waarbij de robot met hulp van een bokje in de trekkerhef wordt getransporteerd. ‘Die kun je ook gebruiken om percelen mee in te meten’, legt de akkerbouwer uit. ‘De machine rijdt traag en rijden en keren kost capaciteit. Als ik het terugreken, kom ik op maximaal 0,15 hectare per uur. Op een redelijk perceel kost één bewerking tussen de 65 en 70 uur. Om de maximale capaciteit te benutten wordt 24 uur per dag gereden. Je moet er dan wel voor zorgen dat de accu is volgeladen. Overdag laadt die bij, maar bij bewolking ligt het stroomverbruik hoger. Daarom heb ik een tweede accupakket.’ Volgens Temmerman moet je er vooral mee leren werken en je voorbereidingen goed treffen. ‘Vooraf de percelen inmeten en het aantal hoekpunten minimaliseren. De machine kan geen bochten rijden, alleen rechte lijnen.’

Zaaien en schoffelen in één

FarmDroid uit Vejen, in het zuiden van Denemarken, is sinds 2019 actief. Hun robot kan zaaien en schoffelen in suikerbieten, cichorei, uien en andere groenteteelten. Al een jaar na de oprichting kwam de eerste machine naar ons land. Inmiddels draaien er een stuk of twintig bij akkerbouwers. Het Friese mechanisatiebedrijf Broekens werd deze zomer verkooppartner (zie kader) van importeur en schoffelspecialist Havelaar (HAK). De lichtgewicht robot, bestaande uit een drie meter brede machine overschaduwd door een flink zonnepaneel, komt uit de koker van de broers Jens en Kristian Vest Warming. Op hun biologisch bedrijf zochten de techneuten in 2011 naar een mogelijkheid om de vele uren handwieden in hun voederbieten te verminderen.

Om ook in de rij te kunnen schoffelen, kwamen ze met het idee om de gps-locatie van ieder zaadje vast te leggen. In 2019 volgde het eerste productie-exemplaar. De 499 stuks die volgden werken allemaal volgens dit principe. Daarmee is het bedrijf uniek te noemen en is het onafhankelijk van ‘traditionele’ robots die werken met bestaande, losse werktuigen of speciale schoffelrobots die niet zelf zaaien.

‘Onkruidbestrijding voor 95 tot 98% gelukt’

Suiker-, voederbieten en uien zijn de belangrijkste gewassen waarin de robot zijn werk verricht. In Nederland is dat daarnaast ook cichorei. In alle teelten waar het handwieden een issue is, komt de Farmdroid in actie. Voor de teelt van granen is hij niet geschikt. Daarvoor ligt de capaciteit te laag en is de techniek niet goed uitgerust. Het bedrijf kiest ervoor om alle onderdelen in huis te produceren en het zo simpel mogelijk te houden.

‘Met twee sleutels kun je de machine afstellen’, zegt verkoopmanager Rasmus Mikkelsen Thueses. ‘Smeernippels zitten er niet op. Je moet ’s winters hooguit een lager of glijbusje vervangen. Dat houdt de kosten laag.’ Tussen de rijen schoffelt de machine met staaldraadjes. Het idee is dat die bij een lage rijsnelheid niet aankoeken bij vochtige grond, maar op kleigrond slijten die relatief snel. In de rij schoffelen gebeurt wel met messen.

Machine geen hectarevreter

Een hectarevreter is de machine niet. Dat is ook niet de filosofie, legt de verkoopmanager uit. ‘Omdat we maximaal 950 meter per uur rijden, vallen we binnen de soepelste CE-norm. Daar zit ook de zelfrijdende gazonmaaier in. Dit betekent dat rond het veld een denkbeeldige grens wordt aangelegd – geofencing – en dat de machine zelfstandig mag werken. Bijkomend voordeel is dat de onderdelen bij deze snelheid nauwelijks slijten.’

Volgens fabrieksopgave kan één robot twintig hectare zaaien en onkruidvrij houden. ‘In de praktijk is dertig ook mogelijk’, weet Rasmus Mikkelsen Thueses. ‘Het valt of staat met de perceelgrootte. Het transport tussen de percelen kost capaciteit. In Nederland rijdt een tiental machines al sinds 2020, maar de veldgrootte is een uitdaging. Veel van onze gebruikers hebben relatief kleine percelen. Daar komt de machine minder goed tot zijn recht.’

Uniek is volgens Rasmus Mikkelsen Thueses de samenwerking die het bedrijf met Royal Cosun heeft. ‘Zij helpen praktijkervaring opdoen en ondersteunen het gebruik ervan in suikerbieten en cichorei.’ In dat laatste gewas moét alles mechanisch gebeuren, want toegestane herbiciden zijn er niet meer. Dit jaar hebben cichoreitelers nog de herbicide Bonalan kunnen inzetten, maar vanaf 2025 is dat verleden tijd. ‘Dat een bedrijf als Cosun zijn nek uitsteekt en kennis deelt, is van grote meerwaarde.’

Meer machines op één bedrijf

De robot wordt via zijn eigen gps-systeem bestuurd. Farmdroid levert een basisstation mee waar meerdere machines op kunnen worden aangesloten. Het signaal is met acht tot tien millimeter ongeveer dubbel zo nauwkeurig ten opzichte van een traditioneel rtk-gps systeem. ‘We zien nu, vooral in Duitsland dat bedrijven hun tweede, derde of zelfs vierde robot aanschaffen’, legt Rasmus uit. ‘Die draaien op hetzelfde netwerk, met een bereik van tien kilometer. Ondanks de relatief beperkte capaciteit kan zo grote oppervlakte worden bewerkt. Naast de arbeidsbesparing levert de 900 kilo wegende robot nauwelijks bodemverdichting op.

Het werken met meerdere Farmdroids op één bedrijf kun je volgens Mikkelsen Thueses het beste vergelijken met beregenen. ‘Dan heb je ook vaak meerdere machines dag en nacht draaien die door één persoon worden bediend en verplaatst. En ook daar kost de verplaatsing de meeste tijd. Daarvoor haak je de robot zo achter een trekker. Zo ziet de toekomst er volgens ons met Farmdroid ook uit.’ Is hulp vereist, dan ontvangt de teler op z’n telefoon een pushmelding. ‘Middels een optioneel serviceabonnement kijkt onze helpdesk 24/7 mee en ondersteunen ze waar nodig. Zestig procent van alle service kunnen we op afstand verlenen, zoals de software-updates. De rest doen lokale partners.’

Zaaien en planten

Op de Farmdroid kan ook een spotsprayer worden geïnstalleerd. ‘Die spuit de plant op basis van dezelfde gps-coördinaten en gebruikt dus geen camera’s, al is er inmiddels wel een systeem in Duitsland actief die dat kan. Omdat veel groentegewassen – zeker in Nederland – vanuit perspotjes of pluggen worden geplant is dat onze volgende uitdaging. We zaaien in rijen maar uien bijvoorbeeld ook in clusters van meerdere zaden.’

De machine kan alleen gewassen schoffelen die hij ook heeft gezaaid, vanwege de vereiste gps-coördinaten. Dat is de filosofie waar het bedrijf aan vasthoudt. Of we in de toekomst bredere exemplaren gaan zien? Rasmus denkt van niet. ‘Dat klinkt mooi, maar het betekent een zwaardere constructie die veel meer stroom vraagt. Alles is nu perfect in balans. Met de overdag opgewekte stroom, opgeslagen in accu’s, kan de machine ’s nachts ook werken. Dat levert voldoende capaciteit.’

 

‘Voorsorteren op toekomst zonder chemie’

 

Mechanisatiebedrijf Broekens, met vestigingen in Stiens, Gorredijk en Elahuizen, is sinds deze zomer dealer van FarmDroid. ‘De chemische onkruidbestrijding wordt steeds lastiger en dit is een goed alternatief’, denkt productspecialist Jan Jongeling. ‘We hopen in 2025 de eerste machine in de praktijk te kunnen tonen’, De interesse is er zeker, maar tegelijkertijd is de investering niet gering. Vertrouwen in de techniek is wel. Farmdroid heeft al zoveel machines lopen dat de kinderziektes er uit zijn. Dat gaf ons het vertrouwen om met dit merk in zee te gaan.’ Het bedrijf doet nog geen mededelingen over de prijs van de machine.

Eén van de geïnteresseerde akkerbouwers is Kees van der Bos, die met zoon Anco in Holwerd een bedrijf met onder andere pootaardappelen, zaaiuien en suikerbieten runt. Al langer volgt Van der Bos de Farmdroid met interesse. ‘Ons areaal suikerbieten bedraagt 25 hectare, perfect voor de machine. We werken hard aan het verduurzamen van onze teelt, voorsorterend op een toekomst zonder chemie. Zeker zonder het gebruik van bodemherbiciden komt het volledig aan op de mechanische onkruidbestrijding. Met de optionele spotsprayer kunnen we dan een insecticide- of ziektebestrijding uitvoeren en tegelijkertijd fors op middel besparen.’  Grootste drempel op dit moment zijn de kosten voor het bedrijf, zeker in vergelijking met de traditionele teeltmethode. ‘Het zaaien, de onkruid- en ziektebestrijding kosten grofweg

€ 450 per hectare’, rekent Van der Bos voor. ‘Bij de Farmdroid liggen die kosten een stuk hoger. We zoeken dus naar argumenten, want de prijs van een ton bieten is voor ons niet hoger dan bij een ander. Praktijkervaring leert wel dat de opbrengst met zo’n 10% toeneemt. Je remt de groei met bespuitingen immers niet en je hebt veel minder bodemverdichting.’

Samen met Broekens en de Aeres Hogeschool in Dronten heeft het akkerbouwbedrijf een subsidieproject ingediend om de robot aan te kunnen schaffen en praktijkervaring op te doen.

 

Pieter Risseeuw: ‘Met spotsprayer 90% middel bespaard’

 

Akkerbouwer Pieter Risseeuw uit Schoondijke heeft voor het tweede jaar zijn 10 hectare suikerbieten laten zaaien en schoffelen door de Farmdroid. Risseeuw ontwikkelde zelf een spotsprayer voor op de machine, waarmee hij bodemherbiciden kan spuiten op de plek van het zaad. ‘Daarmee heb ik slechts 10% van de normale hoeveelheid middel gebruikt. De kopakkers spuit en schoffel ik nog wel met de trekker, omwille van de snelheid. Ik heb het perceel met twee lage doseringen herbiciden schoon kunnen houden. Onkruid staat er nu niet meer in.’ Net als collega Temmerman geeft ook Pieter aan dat het een machine is waar je mee moet leren werken. Enig technisch inzicht is vereist. ‘Er treden nu en dan nog storingen op.’ Verder is het langs een windsingel of slootkant soms opletten geblazen dat een tak of pluk gras niet stroopt in de machine. ‘Bij te veel weerstand stopt de machine.’ Na de vele regenval ontstond dit voorjaar een flinke korst. ‘De lichte elementen hebben dan moeite om in de grond te komen.’ Toch ziet Risseeuw weinig in een zwaardere machine, juist zijn gewicht is zijn kracht. ‘Je hebt geen bodemverdichting.’

Vorig artikel‘Kleine windmolen rendabel, zeker op grotere bedrijven’
Volgend artikelIs digestaat goed of slecht voor de bodem?